Over het unheimliche, spelen met theorie en het belang van creatie in de 21ste eeuw
Het unheimliche is een typisch laat-twintigste eeuws concept, dat was begin 2000 de conclusive van mijn doctoraatsonderzoek. Op dat moment was ik niet zo zeker of Unheimlich, meer bekend als uncanny als een ‘unconcept’ zou overleven in de 21ste eeuw. De opkomende term uit de robotica en CGI ‘the uncanny valley’ (Masahiro Mori) leek mij de meest belangrijke nieuwe ontwikkeling te zijn voor het unheimliche als concept. Een kwarteeuw later bevinden we ons in een periode van ‘post-theorie’, maar ook steeds meer in een ‘uncanny era’, gekenmerkt door globale ecologische, technologische en ook politieke crisissen en veranderingen. Wat kan fictie betekenen in deze tijd? En hoe kunnen we twee uitgesproken, schijnbaar tegengestelde trends in de hedendaagse creatie (zowel geschreven als audiovisueel) – het autobiografische en het fantastische – begrijpen? Als een hedendaagse Ariadne zal ik proberen paden te banen doorheen de weelderig tierende 21ste-eeuwse creatie, zonder eindpunt in gedachten, maar altijd vanuit het plezier van het doen-denken dat creatief schrijven is.